VPRO-documentaireprogramma Tegenlicht is nog een jaar op tv en houdt dan, per 2026, op te bestaan. Dat heeft de omroep maandagochtend aan de redactie meegedeeld. Het programma, dat eens per maand op zondagavond op NPO2 te zien is, sneuvelt door een verlegde focus van VPRO naar “geopolitiek en buitenland-journalistiek”, stelt de omroep. Tegenlicht staat bekend om zijn futuristisch, optimistisch en geregeld klimaatactivistische insteek.
Met het besluit anticipeert de omroep naar eigen zeggen op de vaststelling van de NPO dat de toekomst van het programma ‘ongewis’ is, zo stelt de VPRO. Volgens de NPO is het besluit in overleg genomen met VPRO. Door te stoppen met VPRO Tegenlicht ontstaat ruimte om “de buitenlandjournalistiek verder uit te breiden met een wekelijks tv-programma en voor de ontwikkeling van een aantal journalistieke streamingseries”, aldus directeur Video Jojanneke Doorn in een reactie. De NPO noch de VPRO noemt de ruim 100 miljoen euro bezuiniging die de publieke omroep per 2028 moet doorvoeren in de communicatie.
‘Gooi handdoek niet in de ring’
Eindredacteur Julia Veldman en programmamaker Geert Rozinga laten namens de redactie, die maandagochtend werd ingelicht, weten het er niet mee eens te zijn. Ze willen snel een gesprek met de hoofdredactie van de VPRO, die volgens de omroep al gepland staat. Rozinga zegt dat de toekomst van een programma “altijd ongewis is, maar dat is niet een reden om de handdoek in de ring te gooien”.
Elke eerste zondagavond van de maand is er een documentaire te zien op NPO2, maar de titel leeft ook online via bijvoorbeeld de podcast en in de fysieke wereld met ‘meet-ups’ rond uitzendingen. Tegenlicht, zegt Veldman, is de afgelopen jaren een platform geworden. “Een proeftuin voor nieuwe vertelvormen, echt doodzonde als dat verdwijnt. We hebben een achterban van mensen die thema-avonden organiseren rond onze afleveringen, van Stadskanaal tot Lutjebroek. Mensen die hun leven omgooien na het zien van Tegenlicht, dat heb je niet bij actualiteitenrubriek. Je gooit iets weg wat niet zomaar terug te krijgen is.”
Rozinga zegt dat je “ook golft op de tijd, en die vraagt nu weer heel erg om geopolitieke verhalen. Vijf jaar geleden was dat meer over bijvoorbeeld energietransitie.” De VPRO wil meer focus op programma’s Bureau Buitenland en Frontlinie, maar de makers van Tegenlicht vinden dat zij hierin prima mee kunnen. Veldman somt op waar de redactie mee bezig is: de diepzeebodem en hoe internationale wateren de bron van speciale metalen worden, hoe de Nederlandse geschiedenis van Srebrenica zich herhaalt in Gaza, een onlineserie over AfD en het playbook van rechts-radicaal in Europa en hoe drones de oorlogsvoering veranderen. “Alsof wij ons niet met geopolitiek bezighouden”, concludeert ze.
Tegenlicht werd, in een zeldzame duo-onderscheiding met Holland Sport, in 2005 bekroond met de belangrijkste Nederlandse televisieprijs, de Zilveren Nipkowschijf. Volgens hoofdredacteur Sarah Sylbing is het stoppen met Tegenlicht dan ook “een verlies voor de VPRO en zijn publiek”, zo meldt ze in een persbericht. “Het programma heeft jarenlang een grote bijdrage geleverd aan het publieke debat door ons te wijzen op prikkelende sporen van de toekomst.” De omroep wil “zo goed mogelijk zorgdragen voor de nalatenschap en de mensen die al jaren met grote inzet, vakmanschap en toewijding Tegenlicht maken”.
Correctie: in een eerdere versie stond dat Sarah Sylbing hoofd ducumentaire is bij VPRO, maar dat moet zijn hoofdredacteur.