Shorttracker Jens van ‘t Wout schreeuwt niet, maar wordt wel gehoord in de Nederlandse ploeg



Vier weken deed Jens van ‘t Wout dit voorjaar helemaal niks. Na een operatie aan zijn enkel, waarvan een band was afgescheurd tijdens een val in een wereldbekerwedstrijd in Seoel, lag de 23-jarige shorttracker elke dag uren met zijn been omhoog. „Ik mocht van mijn vader alleen naar de wc, verder werd alles voor me gedaan.”

Misschien een beetje overdreven, lacht Van ‘t Wout een half jaar later, maar het zorgde er wel voor dat hij „echt goed herstelde”. Zijn enkel, waarvan de banden opnieuw zijn vastgezet, voelt stabieler dan ooit, waardoor hij nog harder en beter denkt te kunnen schaatsen. „Ik ben nu sowieso beter dan tijdens het WK”, zegt hij. Daar won Van ‘t Wout afgelopen maart in een vol Ahoy zilver op de 1.000 meter.

Het huidige seizoen begon goed voor Van ‘t Wout. Tijdens de eerste wereldbekerwedstrijd in Montréal eind oktober won hij de 1.000 meter, en ook de gemengde aflossing wist hij, in gezelschap van Sjinkie Knegt en de zussen Xandra en Michelle Velzeboer, winnend af te sluiten. Lang ging het in die finale tussen Nederland en Zuid-Korea, tot Van ‘t Wout in de voorlaatste ronde voorbij zijn tegenstander glipte met de soepele inhaalmanoeuvre waar hij om bekendstaat.

Dit weekend komen de beste shorttrackers ter wereld weer in actie tijdens de wereldbekerwedstrijd in Beijing. Vanuit Nederland zullen alle ogen opnieuw gericht zijn op Van ‘t Wout. De hoge verwachtingen zijn gerechtvaardigd als je kijkt naar de resultaten van de laatste jaren: Van ‘t Wout rijdt de beste uitslagen en is de afmaker van de aflossingsteams bij de mannen en op het gemengde onderdeel. Maar is hij, nu uithangbord Sjinkie Knegt qua prestaties wat naar de achtergrond is verdwenen, ook de nieuwe kopman van de Nederlandse ploeg?

Rustig en beleefd

Zijn één jaar oudere broer Melle van ‘t Wout, ook shorttracker bij de nationale ploeg, moet even lachen bij het horen van die vraag. „Jens is niet echt iemand die de leiding neemt. Hij is niet de persoon die van de media of de spotlights houdt, doet liever zijn eigen ding.” Van ‘t Wout is rustig en beleefd, en doet buiten de schaatsbaan, waar hij het liefst elke dag op het ijs staat, weinig gekke dingen. Liever sleutelt hij met zijn vader in de achtertuin aan zijn motor.

Melle van ‘t Wout herinnert zich hoe hij vroeger thuis veel voor zijn broertje regelde. Als de twee op een bepaald tijdstip op de baan moesten zijn, zorgde hij ervoor dat ze niet te laat kwamen. Vaak moest hij Jens vragen of hij écht alles had ingepakt voor een buitenlandse wedstrijd of trainingskamp. „Nadat ik vorig jaar verhuisde en toen niet meer bij onze ouders woonde, moest hij wel verantwoordelijkheid nemen. Ik denk dat dat goed voor hem is geweest.”

Dave Versteeg, bij wie Jens van ‘t Wout tot 2022 trainde, zag die afhankelijkheid ook bij de jonge shorttracker. „Hij ging altijd achter Melle aan. Ik zei tegen hem: Jens, als jij wil leren winnen, moet je ook op kop kunnen rijden in de training. Toen Melle naar het nationale team overging en hij achterbleef bij de juniorenploeg, moest hij wel. Vanaf toen maakte Jens enorme stappen.”

Hij is, zeker voor een Nederlander, een hele beleefde jongen Stijn Desmet shorttracker

Stijn Desmet
shorttracker

Versteeg zag dat Van ‘t Wout al op jonge leeftijd bezig was met zijn teamgenootjes. „Als junior was Jens al bezig met anderen beter te maken. Dan reed hij achter iemand om te kunnen vertellen wat er beter kon. Niet iedereen kan dat. Ik geloof ook dat hij daar zelf beter van is geworden, door bezig te zijn met de techniek van anderen.”

De Belgische shorttracker Stijn Desmet (26) trainde jaren mee met de Nederlandse ploeg, tot daar vorig jaar een einde aan kwam. Hij zag Van ‘t Wout in die periode opkomen; de twee zijn vrienden. „Hij was in die jaren de nieuwe jongen. Maar op technisch vlak deelde hij tips en tricks.”

Nadat Van ‘t Wout in het spoor van zijn broer de overstap naar de senioren maakte, werd duidelijk dat hij het talent had om de wereldtop te halen. In 2022 won hij zijn eerste wereldbekerwedstrijd op de 1.500 meter. Er volgden onder meer Europese titels, zilver (1.000 meter) en brons (500 meter) op WK-toernooien en de wereldtitel op de gemengde aflossing in 2023.

Leidersrol

Langzamerhand moest Van ‘t Wout wel een leidersrol aannemen, zegt zijn broer Melle. „Hij is vaak de enige die A-finales haalt en medailles wint.” Onderling hebben de broers het soms over hun positie binnen de ploeg: „Als Jens zegt dat hij geen leider wil zijn, zeg ik hem dat het belangrijk is dat hij het leuker gaat vinden en serieuzer gaat nemen. Want hij heeft wel invloed op zaken binnen de ploeg.”

Het is ook iets waar bondscoach Niels Kerstholt met zijn beste schaatser over praat. „Ik heb tegen Jens gezegd dat ik het mooi vind als de schaatsers elkaar intern aanpakken.” In zijn tijd ging het er regelmatig stevig aan toe, zegt Kerstholt met een kleine lach. Toen hij zelf nog schaatste en met Knegt, Freek van der Wart en Daan Breeuwsma om de relaymedailles streed, waren de ploeggenoten niet bang om elkaar de waarheid te vertellen, al dan niet met stemverheffing en krachttermen.

De afgelopen jaren was die cultuur verdwenen, constateert Kerstholt, maar nu ziet hij langzaam weer iets ontstaan dat hem aan die tijd herinnert. „Misschien had het ermee te maken dat er een oude en nieuwe generatie samen in de groep zaten. Zoiets moet in elkaar groeien.” De bondscoach is blij met die ontwikkeling. „Door elkaar aan te spreken til je de groep naar een hoger niveau.”

Van ‘t Wout geeft daar zijn eigen invulling aan, vertelt hij. „De generatie van Sjinkie kon heel erg schreeuwen, daar ben ik niet zo van. Als afmaker bij de relay kan ik de wedstrijd goed overzien, en wat ik zie, probeer ik naar mijn teamgenoten te communiceren. Maar ik ga niet schelden ofzo.”

De bondscoach zou graag zien dat Van ‘t Wout nog vaker zijn mond opentrekt. Tegelijkertijd moet dat wel in je natuur zitten, realiseert Kerstholt zich. „Het zit niet echt in Jens’ karakter om die leidersrol op te pakken. Jens is nu vooral bezig om zichzelf verder te ontwikkelen, daar hebben we als team ook veel aan.”

De afmaker

Van ‘t Wout is nog jong. Zelf voelt zijn rol als afmaker van de aflossingsploeg – de „finisher” noemt hij het – onwennig. „Er wordt vaak naar mij gekeken als het niet goed gaat, maar het is voor mij ook nieuw.” Meer ervaren schaatsers als Knegt en Itzhak de Laat, die ook in de aflossingsploeg zitten, helpen hem daarbij. „Zij hebben de rol van afmaker ook vervuld, dus met hen heb ik het er vaak over.” Wat bij hem nog moet groeien, geeft Van ‘t Wout toe, is het vertrouwen dat zijn ploeggenoten hem op een goede positie kunnen afzetten. „Nu probeer ik het vaak zelf op te lossen, terwijl ik energie moet sparen voor het eind van de wedstrijd.”

Van ‘t Wout zal niet zo snel, zoals Knegt soms pleegt te doen met boude uitspraken, zijn kont tegen de krib gooien als iets hem niet zint, zegt Desmet. „Hij is, zeker voor een Nederlander, een hele beleefde jongen.” Broer Melle: „Jens zoekt het conflict niet op. En als er al iets is, dan bespreekt hij het liever één op één met je dan voor een hele groep.”

Misschien hoeft Van ‘t Wout de leidersrol ook niet op zich te nemen, zegt Dave Versteeg. Hij herinnert zich hoe in de tijd dat Knegt de beste shorttracker van Nederland was, het Daan Breeuwsma was die de leidersrol tijdens trainingen en bij de aflossingsploeg op zich nam. „Je hoeft niet altijd de snelste of beste schaatser te zijn om een aanvoerder te zijn.”

Het afgelopen jaar stond Melle van ‘t Wout door een knieblessure nauwelijks met zijn broertje op de baan. Twee weken terug was het eindelijk weer zover. En toen zag hij hoe Jens tijdens de trainingen niet zozeer vocaal, maar met zijn fanatisme de ploeg op sleeptouw nam. „Omdat hij zo hard rijdt, kijkt de rest wel naar hem. Hij is op het ijs zo serieus en erg gemotiveerd.”

Zijn enkelblessure heeft veel invloed op hem gehad, zegt Jens van ‘t Wout. Nog altijd doet hij dagelijks oefeningen om zijn enkel sterker te maken en probeert hij de extra spiermassa die hij tijdens zijn revalidatie gekweekt heeft te behouden. „Ik ben nog nooit zo serieus met iets bezig geweest.” Dit najaar reed hij in voorbereiding een ronderecord in Thialf.

Zijn broer Melle en bondscoach Kerstholt zien dat Van ‘t Wout zo op zijn eigen manier impact heeft op de groep. „Dat hij zo goed is, straalt op de jongens af”, zegt zijn broer. Kerstholt, die er zijn missie van heeft gemaakt om met de mannenaflossingsploeg een olympische medaille te halen, ziet de komende jaren voor Van ‘t Wout een hoofdrol weggelegd. „Hij doet het niet vaak, maar als Jens praat, dan wordt er wel geluisterd.”






Source link

Leave a Comment