Door Lotje van den Dungen··Aangepast:
RTL
Pokémon Go, het spel waarbij mensen op straat via een app Pokémons kunnen vangen, zou gebruikt worden als een instrument voor westerse inlichtingendiensten. Daar is het ministerie van Defensie in Belarus zeker van. Maar kan zoiets wel? En hoever reikt de invloed van inlichtingendiensten?
Het was Alexander Ivanov, een afdelingshoofd bij het ministerie in Minsk, die eerder deze week alarm sloeg in een interview op televisie. Wat vreemd was, omdat de piek van de game Pokémon Go alweer jaren geleden was. Toen liepen jongeren (en ook ouderen) met telefoons door straten en over velden om Pokémon te ‘vangen’.
Pokémon ‘overal’ ter wereld
Hoe werkt Pokémon Go ook alweer? Via de camera van je smartphone zie je gewoon de echte wereld maar soms verschijnt er ineens een Pokémon, een geanimeerd wezen uit de gelijknamige animatieserie. Die Pokémon kun je dan vangen en sparen. De game staat erom bekend mensen naar plekken te sturen waar ze normaal gesproken helemaal geen reden voor zouden hebben. Pokémon zijn ‘overal ter wereld te vangen’, volgens de spelmakers.
“Waar denk je dat er de meeste Pokémon waren”, vroeg Ivanov op de Belarussische tv. Het antwoord volgens hem: op het grondgebied van een luchtmachtbasis waar veel militaire vliegtuigen staan. “Is dat geen inlichtingeninformatie?”, zei hij.
‘Amerikaans complot’
Belarus is niet het eerste land dat zijn zorgen uit over Pokémon Go. Rusland, de nauwe bondgenoot van Belarus, waarschuwde al tien jaar geleden dat de game veiligheidsrisico’s kan veroorzaken. Russische media gingen zover dat ze beweerden dat het spel een complot was van de Amerikaanse inlichtingendienst CIA.
En ook Egypte. Acht jaar geleden zei een Egyptisch parlementslid: “Pokémon Go is de nieuwste tool die spionagebureaus gebruiken in de Intel-oorlog. Een sluwe app die onze gemeenschappen probeert te infiltreren onder het mom van entertainment.” En Israël waarschuwde destijds zijn militairen om de app niet te gebruiken op militaire bases, omdat het hun locatie zou kunnen onthullen.
Niantic, de Amerikaanse ontwikkelaar van Pokémon Go, heeft altijd ontkend dat de app een spionagetool was. Het klinkt natuurlijk ook te bizar voor woorden. Maar in hoeverre zijn de zorgen van nationale veiligheidsdiensten wel terecht?
Waardevolle data
“Veel van dit soort apps hebben toegang tot locatiedata”, zegt cyberveiligheidsexpert Bert Hubert tegen RTL Nieuws. “Als die gegevens lekken, kunnen alle inlichtingendiensten van de wereld in principe die gelekte data kopen.”
Hoe waardevol zulke locatiegegevens kunnen zijn, bleek in 2018. Toen onthulden de gps-data van de veelgebruikte fitnesstrackingapp Strava plots geheime Amerikaanse militaire bases onder meer in het Midden-Oosten. Militairen hadden de sportapp gebruikt, maar niet beseft dat ze met een rondje hardlopen precies hun routes aan de hele wereld lieten zien. Zo stonden Amerikaanse geheime locaties ineens wél op de kaart.
Er is dus een grote interesse onder inlichtingendiensten voor dit soort data uit games en apps, zegt cyberexpert Hubert. Maar of landen die spellen echt aansturen, zoals Belarus beweert, lijkt hem sterk.
De games kunnen wel in het voordeel werken van geheime diensten: “In het kader van inlichtingen zijn spelletjes als Pokémon Go fantastische manieren om overal en nergens rond te lopen”, zegt Hubert. “Een gouden cover voor agenten van inlichtingendiensten.”